Op dinsdag 13 mei is er voor de gemeenteraad van Hoorn een presentatie van de ruimtelijke visie, die in opdracht van de provinciale Task Force Ruimtewinst voor het stationsgebied en het Pelmolenpad is gemaakt. De bijeenkomst begint om 20.00 uur, vindt plaats in de raadzaal van het stadhuis en is openbaar.
B en W zijn van mening dat de visie van de TFR oplossingen voor verschillende knelpunten in de stad bevat en dat deze oplossingen interessant genoeg zijn om verder uit te werken: “Wij menen dat het nu zaak is om met alle betrokken partijen de schouders te zetten onder de uitwerking van de TFR-visie, teneinde deze daadwerkelijk tot een succes te maken”.
Taskforce
Op donderdag 13 december 2007 kwam de Task Force Ruimtewinst naar Hoorn om in de Noorderkerk een presentatie te geven over de mogelijkheden om het stationsgebied van Hoorn op een goede en verantwoorde wijze verder tot ontwikkeling te brengen. De provincie Noord-Holland heeft de Task Force opgericht om ruimtelijke vraagstukken te helpen oplossen. Deze onafhankelijke groep deskundigen verdiept zich in binnenstedelijke projecten, waarin intensief en efficiënt ruimtegebruik gekoppeld kan worden aan hoge kwaliteit van woongebieden en/of bedrijventerreinen.
Nieuwe structuurvisie
Al eerder is de planologische samenhang van de stationsomgeving met de gebieden daaromheen (Maelsonstraat, Van Aalstweg, Blauwe Berg, Dampten) onderkend. Zo heeft de gemeenteraad in 2001 de structuurvisie Buitenstad vastgesteld. Inmiddels is deze structuurvisie toe aan actualisering en verdere uitwerking. B en W menen dat bij dit proces de TFR-visie leidend moet zijn.
De nieuwe structuurvisie beslaat een groot gebied dat verschillende functies en knelpunten in de infrastructuur kent. Het opstellen en verwezenlijken kost veel tijd en brengt het risico met zich mee dat de aanpak van bestaande knelpunten op de lange baan wordt geschoven. Dat mag naar het oordeel van B en W niet gebeuren: “Wij stellen ons op het standpunt dat het oplossen van knelpunten die nu manifest zijn, weliswaar binnen de opgave van het opstellen van de nieuwe structuurvisie, maar met voorrang en voortvarendheid moet worden aangepakt.”
Daarbij moet vooral worden gedacht aan de kruising Keern/Provincialeweg, de voetgangersbrug bij het NS-station en de ondertunneling van het spoor bij Dampten. Deze zaken moeten in de ogen van B en W procedureel en financieel worden veilig gesteld: “Wij zijn ons ervan bewust dat dit met zich meebrengt dat geldkostende elementen ter hand worden genomen alvorens geldgenererende elementen zijn gestart.”
Lopende projecten
Het merendeel van de projecten die momenteel binnen het gebied Buitenstad in ontwikkeling zijn, kan worden gecontinueerd. Ze passen binnen de TFR-visie. B en W willen met enkele projecten een pas op de plaats maken: de vernieuwing van de voetgangersbrug en de fietsenstalling bij het NS-station. De kostenraming van het ontwerp voor de nieuwe voetgangersbrug geeft een aanzienlijke overschrijding te zien van het vastgestelde kostenplafond. Daarnaast voorzien B en W een ingrijpende wijziging van het ontwerp van de nieuwe brug bij uitwerking van de TFR-visie. Van het ontwerp van de nieuwe fietsenstalling staat onomstotelijk vast dat die zich niet laat inpassen in de TFR-visie. “Wij overwegen om ProRail en NS-Poort te verzoeken de vernieuwing van beide objecten stop te zetten en in plaats daarvan liften te laten plaatsen aan de bestaande voetgangersbrug en de behoefte aan fietsenstalplaatsen met een tijdelijke voorziening op te lossen”.
Verder voorziet de TFR-visie ook in het afsluiten van Keern-zuid voor gemotoriseerd verkeer. Daarom vinden B en W het raadzaam om de plannen voor een ongelijkvloerse kruising Keern / Provincialeweg tijdelijk stop te zetten en de afsluiting van Keern-noord onderdeel te laten zijn van de uitwerking van de TFR-visie.
Investering
Bij de eerder voor het stationsgebied opgestelde visie bleek het niet mogelijk om deze kostendekkend te maken. B en W hebben niet de illusie dat de situatie nu anders is. Om daadwerkelijke uitvoering mogelijk te maken is het daarom noodzakelijk om gezamenlijk op te trekken met partijen die belangen hebben in het gebied. Dat laat onverlet dat de eerste verantwoordelijkheid om in de visie te investeren bij de gemeente ligt. “Willen we dat Hoorn zijn functie als openbaar vervoersknooppunt en economisch hart van de regio West-Friesland behoudt en versterkt, dan valt daar niet aan te ontkomen.”, aldus B en W.