‘Hoorn staat voor grote veranderingen en keuzes’, dat zei burgemeester dr. G.O. van Veldhuizen in zijn nieuwjaarstoespraak. Hij hield zijn toespraak tijdens de nieuwjaarsreceptie.
Hoorn is qua bevolkingsdichtheid nu de vierde gemeente van Nederland. De bevolking zal ongeveer gelijk blijven in aantal, maar veranderen van samenstelling en dus van wensen. Andere mensen vragen om andere woningen en voorzieningen en dat betekent het anders inrichten van de stad. Om die uitdaging aan te gaan, zouden IntermarisHoeksteen, de woningcorporatie die ongeveer 10.000 van de 30.000 huizen in de stad bezit, en gemeente Hoorn het initiatief moeten nemen voor een Pact voor Hoorn. Hoewel IntermarisHoeksteen en de gemeente al veel samenwerken, is het nu echt tijd voor een gezamenlijk en ambitieus doel.
Burgemeester Van Veldhuizen deelde zijn ervaring en overtuiging dat met écht luisteren van bestuurders naar stadsgenoten én omgekeerd de kwaliteit en het uitvoeringstempo van plannen vooruit gaan. Die cultuur is beslissend voor het tempo waarin een dichtbevolkte stad op tijd de kansen voor de toekomst kan pakken. Die goede bestuurscultuur is er in Hoorn en moet gekoesterd en in de hele stad bevorderd worden.
Lees hier (een deel van) de toespraak:
NIEUWJAARSTOESPRAAK BURGEMEESTER DR. G.O. VAN VELDHUIZEN
HOORN, 15 JANUARI 2008
Zeer gewaardeerde inwoners van onze stad Hoorn,
Welkom op de allerlaatste nieuwjaarsreceptie in Nederland. Droevige omstandigheden noopten tot uitstel. Het was een barre en verdrietige week. We vergeten deze kleine Hoornse scheepsknulletjes, Donnevan en Brandon, niet. Rust zacht. En juist in een volledig besef van de broosheid en kwetsbaarheid van het leven, wens ik u en de uwen alle goeds voor 2008. In dat besef moeten we verder en spreek ik hierbij dan ook de eerder geschreven nieuwjaarstoespraak uit.
............
Het klemt in onze stad. Prieken en prakken is een begrip. Vertelde ik u twee jaar geleden nog – en dat was een schok – dat we qua bevolkingsdichtheid de 12e gemeente in Nederland waren, inmiddels staan we op plaats vier. We weten dat ondanks afnemende bevolkingsgroei en de veranderende samenstelling van de bevolking, de vraag naar ruimte niet minder wordt. Wel anders. Andere mensen vragen om andere woningen en dat betekent het anders inrichten van de stad. We weten dat een concurrerende stad het toch echt van de economie en bereikbaarheid moet hebben.
De toekomst blijft onzeker. Wie had 5 jaar geleden durven voorspellen dat hier zo veel Polen heen zouden komen? Wie had vijf jaar geleden durven voorspellen dat de landbouw weer zoveel perspectief zou hebben?
Juist bij al die veranderingen, opgaven, onzekerheden en uitdagingen hebben we er groot belang bij dat de twee lokale publieke ontwikkelaars – de gemeente en IntermarisHoeksteen - elkaar subliem weten te vinden. Dat zou ons als stad in nationaal en Europees perspectief een echte voorsprong kunnen geven. Hoe eerder, hoe beter.
Intermaris en de gemeente zouden dan ook als eersten het initiatief moeten nemen voor een Pact voor Hoorn, dat op basis van een flexibel vergezicht voor over twintig jaar echt stenen voor mensen op elkaar zet. Anderen zullen zich daarbij moeten en kunnen aansluiten. Iedereen die hier vanavond is, investeert in Hoorn.
Het barst in onze stad van de mooie, bijzondere en uitdagende opgaven. Echt. Groots en meeslepend is het toch nog te weinig. Wij hoeden ons voor echte ambities. En dat is eigenlijk heel jammer. Zou een generatie - onze generatie – die zolang in vrede leeft en zo’n ongekende welvaart – het derde rijkste land in de EU - kent, de stad niet een veel krachtiger zet de toekomst in moeten geven? Niet enkel vanuit het oplossen van problemen maar gewoon het maken van een goede mooie stad om nog trotser op te zijn? We zijn maar een van de vele generaties die er in werken en wonen. Zou het niet buitengewoon de moeite waard zijn die stad echt duurzaam, functioneel en monumentaal door te geven aan onze kinderen en kindskinderen? Zou het dan niet mooi zijn wanneer zij net zo genieten van wat wij achterlieten als wij van onze geërfde binnenstad?
Hoe dat zou kunnen heeft de Taskforce Ruimte rond het stationsgebied laten zien. En waarom zouden we ook daar niet aan durven te beginnen, zoals we ook hebben gedurfd en moeten blijven durven bij het Oostereiland?
Iedereen ziet de noodzaak van zo’n Pact voor Hoorn wel in. De stad heeft het nodig. Ik weet met u dat velen van ons voortdurend in verzet zullen komen op allerlei punten. Dat is het grote dilemma van onze tijd. Als inwoner/consument willen we het snel en strak, compromisloos naar eigen wens. Daadkracht! Polderen verboden. Een onwelgevallige uitkomst wordt niet geaccepteerd. De politiek heeft het dan gedaan en deugt niet.
Dat is nu de spagaat van stadsbestuurders. Gekozen ter behartiging van het algemeen belang. Afgerekend op het dienen van het individuele. Besturend voor de toekomst, beoordeeld op het heden. Democratie is zo toenemend een grote opgave en opdracht die altijd pijn in hoofd en hart doet.
Mijn respect gaat dan ook uit naar College en Raad. Ik hoop en wens dat die kwetsbare anonimus van het “algemene stadsbelang” zich in onze warrige tijden toch ook echt vertegenwoordigd mag weten. Niet zelden, herbergt dat belang een zwijgende meerderheid en een volgende generatie. Er komen cruciale jaren aan.
Die hoop is noch idealistisch noch naïef. Een goede bestuurscultuur. Geen wij en zij, maar samen voor de stad. Dat kunnen wij, daar blinken wij in uit. Dat is misschien wel een van de kostbaarste zaken die we in Hoorn kennen.
En dat is precies wat ik aan het einde van die apencursus nog eens begrepen had. Zorg voor verschillende brillen (de een telt, de ander zoekt naar apen). En laat iedereen kijken, luisteren en spreken. Aan ieder debat moet een dialoog voorafgaan. Dat open gesprek waarin je je eigen mening ondergeschikt maakt aan het vragend luisteren naar de ander op zoek naar het betere. Vaak is dat debat – een gesloten gesprek - dan overbodig. Er ligt een betere oplossing dan iemand alleen had kunnen bedenken. De gemeente is zo een voertuig dat ons samen kan brengen waar we alleen niet kunnen komen. Daarom mag die gemeente ook eisen stellen. Ook die stevigheid waarderen heel veel mensen.
Nu is het onze tijd. We hebben de Aap gezien. Een Pact voor Hoorn is op zijn plaats. Ik wens ons veel verschillende brillen, wijsheid en besliskracht in een voorspoedig 2008. En laten we afspreken dat we eind maart, in de week van onze stadrechten, gewoon de “Hoorn moet je voelen” vlag weer uitsteken. We blijven investeren in onze stad.
En daarom nog een cadeautje aan twee mensen.