Ik weet niet zeker of het kantje boord was met wethouder Simon. Maar de avond eindigde niet met een motie van wantrouwen of een van treurnis of iets dergelijks. Misschien kreeg iedereen gedurende de discussie een beetje door dat verwijten over de gang van zaken op meerdere adressen en wie weet bij ook zichzelf gedeponeerd konden worden. Ik heb het over bestuurscultuur in een middelgrote provinciestad.
Er staat een gebouwtje in de haven dat gebruikt is om er vis te verkopen en wellicht nog meer en daar moest een andere bestemming voor gevonden worden of anders gewoon weggehaald. Dat weghalen is voor heel veel mensen geen optie. Er moest weer iets mee gedaan worden. Zelfs een viskraam of kiosk kan een gezichtsbepalend monumentje worden. Dat besef leeft bij veel burgers en dus ook bij veel politici en ambtenaren en mogelijkerwijze ook bij wethouders.
Wat ga je doen met zo’n gebouwtje. Je wilt niet dat een of andere snoeshaan van buiten de stad daar iets afgrijselijk commercieels mee doet en er zijn ook regeltjes die een vlotte overgang naar een nieuwe bestemming in de weg staan. Maar je wilt die regeltjes ook niet teveel geweld aandoen. Vroeger, ja vroeger was dat iets eenvoudiger. Je had toen nog niet een maffe aanbestedingsdwang voor dit soort kruimelzaken. Kruimelzaken? Ja, zaakjes die bestuurstechnisch weinig om het lijf hebben en door de burgerij zelf het best kan worden afgehandeld. Dingetjes waarmee ambtenaren hun wethouder niet lastig vallen.
Simon heeft te laat doorgekregen dat het wel of niet weghalen van de viskraam en het invullen van mogelijkheden wanneer de kraam wel mag blijven staan de gemoederen in het wereldje buiten de politiek behoorlijk hadden verhit. Bram van de Watertaxi had best wel leuke ideeën met de kraam en kon zich uitstekend verstaan met de mensen die over de havenzaken gaan. Je moet weten wie daar allemaal rondlopen en bij wie viskraaminvullingsideeën in de kraam te pas komt. Bram van de Watertaxi had mooie ideeën gedeeld met bereidwillige ambtenaren en zelfs de sleutel van de viskraam gekregen om met een aantal mensen de zaak wat schoon te maken en op te knappen. Is het raar dat Bram van de Watertaxi toen de indruk kreeg dat hij met zijn fraaie invulplannen verder kon gaan?
Wethouder Simon mocht deze week precies uitleggen hoe de vork in de steel zat zonder onzinnige of onjuiste beweringen uit te kramen. De raadsleden, toch bijna allemaal mensen van deze tijd, voelden dat er gaten gaapten tussen het verhaal van wethouder Simon en elders opgedoken verhalen en daar moet je het over hebben. Wethouder Simon benadrukte de noodzaak om geheel volgens de afspraken, waar de raad het indertijd mee eens was, het gunnen van de kraam op juridisch verantwoorde manier te laten aanbesteden. Je kon hier en daar in betogen sympathie beluisteren voor Bram van de Watertaxi, die de sleutel moest afgeven en na allerlei inspanningen om een mooi aanbestedingsplan te schrijven moest ervaren dat iemand anders de kraam mag inrichten. Voor een raadselachtige wijze op precies dezelfde manier als Bram van de Watertaxi dat deed.
De tijden zijn veranderd, zelfs in Limburg wordt onderhands regelen van zaakjes niet meer toegestaan. Mogen raadsleden daarom meevoelen met de man die een mooi project aan zijn neus ziet voorbijgaan? Hoeveel plaats is er tegenwoordig nog voor gunfactoren? Zelfs voor iemand van wie je zeker weet en zelfs van harte hoopt dat hij de viskraam van toen kan omvormen tot een toeristische havenkiosk van allure? Formeel is die ruimte er niet meer. Ambtenaren moeten dat misschien ook nog leren. Raadsleden krijgen heel langzaam ook dat besef en deze week resulteerde dat wellicht in het feit dat Wethouder Simon het stevig kreeg te verduren, maar uiteindelijk niet te horen kreeg dat het ingaande reces voor hem zeer lang zou gaan duren.
De raad is met reces. Tot begin september. Zoals elk jaar hoeft dat niet te betekenen dat onze politici dan de boel de boel laten. Er zijn nog steeds veel fracties, die allemaal hopen dat de stad hen niet vergeten zal zijn, wanneer ze zich twee maanden koest houden. Dus willen ze heel graag hoog opgelopen noden in de stad in de kraam zetten. Voor de Hoornse fracties blijft de spreuk opgeld doen: elke kramer voor zijn kraampje.
De inhoud van de column is uitsluitend voor rekening van de auteur. HoornRadio/HoornGids is niet ge- of verbonden aan een politieke partij of welke politieke richting dan ook, maar geheel autonoom, onafhankelijk en ongebonden.