HOORNGIDS | Gemeenteraadslid Marieke Rijk (Fractie Tonnaer) heeft aan het college een aantal vragen gesteld over de inkoop van onafhankelijke cliënt ondersteuning door de West-Friese gemeenten. In West-Friesland wordt door MEE/de Wering aan 103 cliënten ondersteuning gegeven welke door de nieuwe inkoop door MEE/de Wering niet meer wordt uitgevoerd. Het is niet duidelijk hoe en door wie de cliënt ondersteuning vanaf deze maand wordt uitgevoerd. Marieke Rijk maakt zich zorgen daarover en trekt vergelijkingen met de aanbesteding van de gesloten jeugdzorg van Parlan naar Horizon welke met de nodige negatieve financiële gevolgen uitgevoerd is. Hieronder de brief:
Aan Burgemeester en Wethouders Hoorn
Betreft: art.36 vragen m.b.t. inkoop onafhankelijke cliënt ondersteuning door de West-Friese gemeenten.
Hoorn, 31 december 2019
Geacht College,
Uit de schriftelijke reactie van de directeur-bestuurder van MEE/de Wering begrijpen wij dat deze organisatie de gunning van de onafhankelijke cliëntondersteuning vanaf 1 januari 2020 afwijst.
MEE/de Wering verzorgt de clientondersteuning al decennia lang en zijn daarin specialiseert.
In West-Friesland wordt door MEE aan 103 cliënten ondersteuning gegeven. Totaal levert MEE/de Wering aan 1300 cliënten deze ondersteuning.
MEE/de Wering is al jaren een samenwerkingspartner en wij zijn dan ook benieuwd naar de overwegingen van de West-Friese gemeenten door niet samen met deze partner naar een oplossing te zoeken. Onze fractie is van mening dat cliënten uit deze doelgroep niet gebaat zijn bij wisselingen van begeleiding.
Uit de reactie van MEE/de Wering blijkt dat zij eind november 2019 de gemeenten een compromis aangeboden, waarin zij voorstellen in 2020 eenmalig met het voorgestelde tarief te werken om zo tijd te winnen om met de West-Friese gemeenten tot een oplossing te komen.
Uit de handreiking kostprijsberekeningen Sociaalwerk en voor de Jeugd GGZ door bureau Berenschot uit 2018 en 2019 blijkt dat het tarief dat gehanteerd wordt door de West-Friese gemeenten lager is als de kostprijsberekeningen.
De gemeenten zijn verplicht om aan de aanbestedingswet te voldoen m.b.t. het inkopen van zorg binnen de WMO, jeugdzorg en participatie activiteiten.
Er zijn vanaf 2015 verschillende inkoopmodellen ontwikkeld voor gemeenten. Uit onderzoek blijkt dat wij in Hoorn volgens het Zeeuwse model inkopen. Het Zeeuwse inkoopmodel staat tegenover het model van bestuurlijk aanbesteden.
Kern van het Zeeuwse inkoopmodel is dat een zorgaanbieder geen offerte hoeft in te dienen. De gemeenten bepalen zelf alle voorwaarden en tarieven. De zorgaanbieder hoeft slechts akkoord te gaan met het voorstel.
Gezien de recente ervaringen met aanbestedingen in vooral de gesloten jeugdzorg van Parlan naar Horizon en de gevolgen daarvan voor cliënten, medewerkers, organisaties en gemeenten vragen wij ons af of er in de nieuwe aanbesteding voldoende rekening gehouden is met deze gevolgen en de frictie kosten die dit veroorzaakt.
Volgens artikel 36 RvO stelen wij de volgende vragen:
Hoeveel van de 103 cliënten in West-Friesland wonen in de gemeente Hoorn en krijgen onafhankelijke cliënt ondersteuning van MEE/de Wering?
Hoe en door wie wordt deze zorg vanaf januari 2020 uitgevoerd, is de zorg vanaf 1 januari 2020 gegarandeerd en geregeld en zijn de cliënten op de hoogte van deze veranderingen?
Binnen het Zeeuwse model wordt er gewerkt met tarieven die de gemeente vaststelt, wat is het argument om af te wijken van de handreikingen die beide door van Berenschot in 2018 en 2019 zijn ontwikkeld?
Is er rekening gehouden met de frictie kosten die ontstaan bij MEE/de Wering en wie is hiervoor verantwoordelijk?
Is het juist dat op het compromisvoorstel van de zijde van de gemeenten niet is gereageerd? Zo ja waarom wordt er niet ingegaan op het compromis dat door MEE/de Wering wordt voorgesteld of in overweging genomen?
Vriendelijke groet,
Namens Fractie Tonnaer,
Marieke Rijk, gemeenteraadslid