We zijn de laatste jaren toch meer met onze tijd meegegaan dan we dachten, maar we mogen ook concluderen dat er nog een hele wereld valt te ontdekken. Mevrouw Grosthuizen en ik mogen ons vermaken in onze caravan op een minicamping op de Veluwe. Dit jaar voor het eerst in een caravan die helemaal van onszelf is. Compleet met voortent wanneer we wat langer blijven staan en een luifel voor trektochten. We kozen nu nog voor even blijven staan.
Kamperen met alles wat daarbij hoort kennen we al heel lang. Met een tent of vouwwagen hebben we heel wat Nederlandse en buitenlandse campings bezocht. Het nieuwe is dat ook veel minicampings over WiFi beschikken en met een eenvoudig in te tikken wachtwoord kun je meteen al je elektronische post bekijken en beantwoorden. Het enige dat daartoe nodig is, is een goed werkende WiFi-verbinding en die is bij deze minicamping ook mini.
Dat is in deze tijd een handicap te noemen. Ook vanaf vakantieadressen wil ik graag aan allerlei sociale verplichtingen kunnen blijven voldoen. Om een voorbeeld te noemen: de jarige Facebookvrienden en –vriendinnen een felicitatie zenden. Tussen de namen die je niet elke dag meer bekend voorkomen zijn er ook namen van mensen die je wat beter kent. Mensen die jou ook feliciteren. Die dienen als het even kan ook mijn felicitatie te ontvangen. Ook ik ben geen liefhebber van eenrichtingsverkeer op felicitatiegebied.
Met mijn telefoon zou ik al die Facebookjarigen moeten kunnen bedienen, maar helaas schijn ik net iets te kort kennis te bezitten om onvolkomenheden te kunnen handelen (spreek uit: hendelen) die zich bij het beantwoorden voordoen. Af en toe zijn er momenten op de camping dat WiFi bereidwillig is mijn reacties op Facebookposts door te geven. Dat betekent dat die gelegenheden ook wel eens worden geblokkeerd.
Mijn stukjes die ik ook tijdens afwezigheid uit Hoorn blijf schrijven, blijven langer in de tablet hangen dan ik zou willen. Hier moet een voorziening voor bestaan, meenden wij en ineens denk ik aan de oplossing die onze zoon vorig jaar met groot gemak realiseerde toen wij met precies dezelfde spullen het probleem hadden om vanuit onze vakantielocatie in Zwitserland de klaarstaande stukjes proza naar de juiste adressen te sturen. ‘Je hebt toch internet op je telefoon?’ was zijn inleidende vraag. En toen verrichte hij onder het uitspreken van kernachtige toelichtende zinnetjes een klein wonder. Mijn tablet zonder internetverbinding kon toch de berichten versturen dankzij het feit dat mijn telefoon tot een hotspot werd getransformeerd.
Zoonlief is niet altijd in de buurt wanneer we hem nodig hebben. Hij leidt, met ons beider volledige instemming, een geheel eigen leven. Af en toe mogen wij ons verheugen in zijn gezelschap, maar meestal is dat bij hem of bij ons thuis en dan speelt het internetmanco niet. Om die reden meenden wij een winkel te moeten bezoeken waar men ons elektronische sociale leven wat nieuw leven in kon blazen middels hun hopelijk niet te dure apparaatjes, een dongel of zo. In Ede liepen we op weg naar zo’n winkel langs de KPN-zaak. Wij konden daar met onze vraag uitstekend terecht. Men kon ons een voordelig abonnementje verkopen voor de tablet, maar of ik ook een smartphone bezat met internetverbinding? Welnu meneer, dan kunt u zonder aankopen te doen aan de slag. Uw smartphone is ook een hotspot, of ik dat al wist?
Met enkele overduidelijke aanwijzingen, die mevrouw Grosthuizen netjes in steno noteerde, en enkele stap-voor-stap handelingen van de bereidwillige KPN-jongere was het voor mij zonneklaar: dit is een fluitje van een cent! Opgetogen togen wij caravanwaarts, want dure aankoop van een dongel of zoiets bleek niet nodig. De techniek staat tegenwoordig nergens meer voor en het leuke is, dat je daarvan veel meer in huis hebt, dan je ooit kunt vermoeden.
Op de camping gekomen spraken wij de nieuwe buren uit Drenthe. Ook zij hadden moeite het internet op te komen. ‘Heeft u een smartphone?’ vroeg ik. Jawel, die hadden zij. ‘Dan is het heel simpel,’ zei ik met autoriteit in de stem. ‘Je kunt die gebruiken als hotspot. Zal ik even helpen?’ ‘Nou, als u dat zou willen doen!’ Ik herhaalde de nog tamelijk vers in het geheugen liggende procedure. De eerste stappen lukten wonderwel, totdat de laatste stap moest worden gezet en die werkte niet. Dat werd het moment dat ik me diende te realiseren: ééns digibeet, altijd digibeet!