HOORN - Een tekening van de magisch-realist Dick Ket zou je niet verwachten in de collectie van het Westfries Museum. Toch is er een duidelijk aanwijsbare link tussen de stad Hoorn en de ziekelijke en eenzelvige kunstenaar Dick Ket. Hij heeft namelijk een paar jaar in Hoorn gewoond en deed in 1921 eindexamen aan de plaatselijke H.B.S. En nu is er – via een legaat van mevrouw Ossebaard uit Hoorn – een prachtige tekening van de Roode Steen en de Grote Oost in het bezit gekomen van het Westfries Museum.
Ket is vooral bekend van zijn vele zelfportretten. Die maakte hij eigenlijk uit nood; hij kwam door zijn zwakke gestel bijna niet buiten de deur en was daarom voor modellen voor zijn portretten voornamelijk aangewezen op zichzelf. Verder maakte hij vele stillevens met objecten uit zijn directe omgeving: een wit kommetje, geraniums, een houten paardje en reclameposters.
Ket werd in 1902 in Den Helder geboren, waar de artsen hem maar enkele dagen te leven gaven. Hij werd uiteindelijk toch nog 38 jaar, ondanks een zware hartkwaal. Die bezorgde hem een ongezonde gelaatskleur en trommelvingers, en uiteindelijk werd de aandoening zijn dood. In het gezin Ket was Dick een uitzondering. Vader en moeder waren wars van enige kunstzin of literaire bevlogenheid.
Dick daarentegen had aanleg voor muziek, speelde viool, las veel en interesseerde zich voor politiek. Hij ontwikkelde zich tot een schilder met een pijnlijk nauwkeurige stijl en zijn werk zat propvol symboliek. Het door het museum verkregen werk is gemaakt in 1928, de tijd dat hij vele reisjes naar Hoorn maakte en allerlei Hoornse stadsgezichten en kerkinterieurs schilderde. Het is onvergelijkbaar met zijn latere magisch-realistische werk, maar het is voor het museum een prachtig gezicht op het Hoorn van 1928.