HOORN - De vereniging Oud-Hoorn is niet te spreken over de plannen om de binnenstad van Hoorn middels een tunnel toegankelijk te maken en rond het station extra winkels en kantoren te bouwen. Deze plannen van het project Poort van Hoorn worden omschreven als onwerkelijk: ‘Het plan zal het winkelbestand in de Hoornse binnenstad gaan ontwrichten en de gemeentebegroting onevenredig zwaar gaan belasten’.
Oud-Hoorn is één van de leden van de Klankbordgroep Poort van Hoorn en namens de vereniging heeft Frans van Iersel een bijdrage geschreven over het grote project. Zijn conclusie: ‘Dit is een tekentafelplan van stedenbouwers en niet een plan voor bewoners en ondernemers. Er is onvoldoende op de stad gestudeerd: money for nothing.’
In september 2008 heeft de gemeenteraad van Hoorn besloten tot het opstellen van een structuurvisie voor de integrale ontwikkeling van de Poort van Hoorn. Kenmerkend voor het plan is het realiseren van een nieuw stedelijk gebied ter plaatse van het Pelmolenpad en de Vale Hen en het aanleggen van een tunnel nabij het Dampten. Frans van Iersel in zijn bijdrage: ‘Financieel is dit plan voor Hoorn een zware belasting. Zonder een forse bijdrage van het rijk en de provincie leek de tunnel aanvankelijk voor Hoorn een te grote investering. Het verlanglijstje met betrekking tot de Hoornse Poort is dermate groot dat allerlei voorzieningen alleen gerealiseerd kunnen worden bij een hoge grondopbrengst. Het plan is ontwikkeld in een tijd dat de financieringen en de overheidsfinanciën minder onder druk stonden. Ondanks de afwezigheid van die beperkingen bleek de financiering van de plannen zeer wankel. De wens om te komen tot een nieuwe ontsluiting leek groter dan de mogelijkheid om die ontsluiting te kunnen betalen. Die ontsluiting wordt uiteindelijk gefinancierd uit zeer grote bezuinigingen op de culturele en de sociale sector.’
Verderop schrijft de vertegenwoordiger van Oud-Hoorn: ‘Onder het motto ”anders gaat de stad op slot” stelt de gemeenteraad in mei 2011 bijna een miljoen euro beschikbaar om, vooruitlopend op de discussie rondom de structuurvisie en het ontwikkelingsmodel, de plannen voor drie tunnels nader uit te werken. De aandacht voor het omvangrijke en ambitieuze stedenbouwkundig plan lijkt zich echter verengd te hebben tot een tunnel onder de spoorlijn. De discussie daarover in de gemeenteraad was ten einde voordat hij begonnen was.’
Frans van Iersel wijst in zijn kritische bijdrage over de Poort van Hoorn nadrukkelijk op ontwikkelingen in de detailhandel. Tal van specialisten verwachten dat middenstanders het de komende jaren nog moeilijker krijgen: ‘Gemeentebesturen doen er dan ook goed aan om een streep te halen door alle nieuwbouwplannen, waarschuwt voorzitter Jan Meerman van CBW-Mitex, de vereniging van ondernemers in wonen, mode, schoenen en sport. ”Er zit nog 2 miljoen vierkante meter winkel in de planning, bovenop de huidige 25 miljoen. Terwijl er heel veel leegstand aankomt. We koersen af op een zelfde rampsituatie als in de kantorenmarkt.” Frank Quix is een expert op dit terrein en bekleedt de leerstoel retail marketing aan de Universiteit van Amsterdam en presenteerde in november 2010 de resultaten van een omvangrijk onderzoek naar de ontwikkeling van de detailhandel de komende jaren. Daaraan hebben veel experts meegewerkt zoals directeuren van grote winkelketens en van vastgoedondernemingen. Quix concludeert ”Nederlandse binnensteden staan voor een drastische verandering. De komende jaren verdwijnt minstens een kwart van de winkels, waardoor ’de stad’ fors krimpt.”’
Namens Oud-Hoorn stelt Van Iersel in zijn schrijven ook: ‘Hoorn als koopcentrum voor West-friesland is in vergelijking tot het verleden minder vanzelfsprekend geworden. Elders in de regio zijn grote aantallen woningen gebouwd met een daarbij passende hoeveelheid winkels, niet alleen voor de eerste levensbehoeften. In Bovenkarspel is de uitbreiding van winkelcentrum Streekhof met 5.000 m2 aanstaande.’ Ook in Hoorn ziet hij concurrentie voor de binnenstad: ‘De stadswijken kennen allemaal een eigen winkelcentrum en aan de van Aalstweg zijn enkele grote winkels gevestigd die ook in de Poort van Hoorn niet hadden misstaan. De aanstaande opening van de Mediamarkt maakt duidelijk dat het hier allang niet meer gaat om alleen bouwmarkten en woonwinkels. Het is maar de vraag of, in het kader van de verdere liberalisering bij het rijk, aldaar een verder gaande brancheverruiming nog langer kan worden gestuurd.’
Ook over extra kantoren rond het station van Hoorn is hij niet positief gestemd: ‘De vraag naar kantoren is in Hoorn nooit groot geweest. De planuitvoering van het kantorengebied in en rondom het Missiehuis en de van Aalstweg gaat zeer traag omdat de vraag aanhoudend gering is. Is het reëel om te veronderstellen dat op of nabij het station duizenden meters kantoorruimte in gebruik genomen zullen worden? Hoorn is geen kantorenstad en zal dat binnen de huidige sociaal economische kaders ook niet worden: de overloop in de jaren zeventig en tachtig heeft dat zeer duidelijk aangetoond en er zijn geen economische signalen die daarin verandering gaan brengen.’
De vereniging Oud-Hoorn heeft duidelijk zijn twijfels over het ingrijpende project de Poort van Hoorn en Frans van Iersel stelt aan het eind van zijn betoog enkele vragen zoals:
‘Is de aanleg van de tunnel de beste investering om de (economische) positie van de Hoornse binnenstad te versterken?’
‘Hoe verhoudt de beoogde private omzetverbetering zich ten opzichte van de publieke investeringen?’
‘Een tunnel onder het spoor maakt de binnenstad beter bereikbaar. Over de tunnel worden vooral de ondernemers gehoord. Wat is de mening van de consument? Gaan zij bij een tunnel vaker naar het centrum?’
‘Is bij het realiseren van de Poort van Hoorn een andere volgorde in de planning denkbaar?
‘De Taskforce heeft alleen het bereikbaarheidsprobleem bij het Keern bestudeerd. Hoe kan die worden verbeterd als er straks nog meer treinen gaan rijden? Veel mensen vragen zich af hoe de verkeersstromen zich gaan bewegen nadat de autotunnel onder het spoor is gerealiseerd. In de ‘tunnelvisie’ komt er een nieuw tracé die eindigt bij de Weel of bij de Westerdijk. En waar gaat het verkeer dan heen? In de visie van de Taskforce werd alleen de bottleneck van het spoor opgelost maar stuit men even verder, dieper in de stad opnieuw op een slot. De tunnel lost alleen iets op als er daardoor minder auto’s de binnenstad in komen.’
‘Op dit moment is de tunnel in voorbereiding en voor de uitbreiding van het P+R terrein is geen geld beschikbaar. Kan de volgorde worden omgedraaid? De spil binnen de Poort van Hoorn is gesitueerd aan de noordzijde van het station. Door deze locatie eerst te ontwikkelen wordt er parkeergelegenheid aan de stad toegevoegd waardoor de druk op de binnenstad en de spoorwegovergang afneemt. Daarmee houdt je alle opties naar de toekomst open. Er kan bij een aantrekkende economie direct in dat gebied geïnvesteerd worden: winkels, kantoren en woningen. En als dat geen soelaas biedt komt de tunnel weer in het vizier.’
De plannen voor het terugbrengen van historische lijnen en het herstel van de grachten zijn volgens Oud-Hoorn interessant: ‘Veel zal afhangen van de uitwerking of er werkelijk oude structuren worden terug gebracht of dat het alleen maar als knipoog bedoeld is. Gemetselde kades aanbrengen in een waterpartij die gesitueerd wordt op een plek waar vroeger ongeveer een gracht heeft gelegen is misschien een mooie stedelijke oplossing maar is tegelijk ”namaakhistorie”. Het station is de afgelopen jaren geteisterd door een groot aantal kleine en grote verbouwingen en ingrepen, er lijkt geen einde aan te komen. Elke ingreep was binnen redelijke grenzen nog acceptabel. De som der ingrepen heeft echter een veel te grote aanslag gepleegd op dit monument. Een nog verdere aantasting is niet acceptabel.’
Er zal nog uitgebreid onderzoek moeten worden gedaan naar alle plannen en ontwikkelingen aldus Oud-Hoorn. De historische vereniging blijft de plannen rond de Poort van Hoorn nauwgezet volgen.
Lees de volledige bijdrage en meer hier: