HOORN - Op zaterdag 10 september 2011 vond opnieuw, en wel voor de 25e keer, Open Monumentendag plaats. De gemeente Hoorn doet al vanaf het begin mee, omdat zowel de gemeente als het organiserend comité de doelstelling - monumenten voor een groot publiek toegankelijk maken - van harte onderschrijven. Het thema van dit jaar was hergebruik: Oude Monumenten met Nieuwe Bestemmingen.
Met het project op het Oostereiland méér dan ooit van toepassing in Hoorn, maar dit geldt eveneens voor voormalige kloosters die eind 16e eeuw publieke herbestemmingen kregen. Zo werd het Mariaklooster omgevormd tot het Weeshuis en het Ceciliaklooster werd het Statenlogement.
De officiële opening van de Hoornse Monumentendag vond plaats op vrijdag 9 september. In de Oosterkerk sprak wethouder Roger Tonnaer (onder andere verantwoordelijk voor de monumentenzorg) een woordje en opende een dubbele fototentoonstelling. Vorig jaar maakten kinderen van de basisscholen Mariaschool en Maria Montessori foto’s tijdens speciale stadswandelingen. Zij werden daarbij begeleid door fotografen van Image Hoorn, die zelf ook foto’s maakten. Twee foto’s - gemaakt door de kinderen - hebben een prijs gewonnen.
Op deze vrijdag werd bovendien aandacht gevraagd voor de perikelen rond een ander monument. Twee actievoerders hingen spandoeken op tegen de terugkeer van het standbeeld van Jan Pietersz. Coen op zijn sokkel. Er is daartoe een handtekeningenactie gestart op petitie.nl. En er gaan geruchten dat de Indonesische regering via een gerechtelijke uitspraak herplaatsing van J.P. Coen - door de één beschouwd als manhaftige held, door de andere gezin als een oorlogsmisdadiger die niet schuwde kinderen en oude mensen om te brengen voor de nootmuskaat - tegen wil gaan.
Zonnige monumentendag
Zaterdag 10 september was een stralend zonnige dag, en dat bracht veel mensen naar Hoorn. Tot uit Brabant en Friesland aan toe bezochten velen de stad. Opnieuw is het aantal bezoekers gestegen ten opzichte van voorgaande jaren, zo constateerde Carel de Jong, voorzitter van het organiserend comité en nog bekend van zijn vroegere functie als conservator bij het Westfries Museum. Ongeveer 7000 mensen bezochten het Oostereiland, en ook de andere gebouwen en complexen konden klinkende aantallen doorgeven. Er waren weer veel bijzondere monumenten om te bezoeken: van de oude kerk in Zwaag (uit begin 15e eeuw, het oudste gebouw in de gemeente), het na de verbouwing heropende Westfries Museum, het Foreestenhuis aan het Grote Oost en het Kantongerecht, eveneens aan het Grote Oost. Het Statenlogement (in de volksmond ook bekend als Statenpoort) was een deel van de dag niet open voor publiek vanwege een per ongeluk door de gemeente ingepland huwelijk. Maar dit bijzonder fraaie gebouwencomplex - het voormalige Ceciliaklooster, onder andere te herkennen aan de kapel - trok tussen drie en vijf uur toch zo’n 150 bezoekers.
In de voormiddag was het voor mensen nog mogelijk om tijdens en vlak na het carillonconcert de toren van de Grote Kerk aan het kerkplein te beklimmen. Vanaf de balkons op de eerste trans kon men genieten van een wijds uitzicht over de oude stad Hoorn. Daarvan werd gretig gebruik gemaakt. En voor enkele bezoekers speelde stadsbeiaardier Frits Reynaert nog enkele korte toegiften. Waarbij men - staand tussen de klokken van het carillon - wel even de handen voor de oren moest houden.