HOORN - De Fractie Tonnaer blijft ontevreden over de wijze waarop B&W met de Reclamebelasting omgaat. Daarom zal de fractie dinsdagavond tijdens de Raadsvergadering mondeling vragen stellen aan het College. Wat de fractie stoort is onder meer dat een evaluatie van de veel bekritiseerde uitvoering van de belasting voor september was toegezegd, maar nu blijkt deze uitgesteld te zijn. Wel lijkt het College bereid om sommige instellingen vrijstelling te verlenen, maar voor Tonnaer gaat dit niet ver genoeg.
Meer dan 400 bedrijven en instellingen hebben inmiddels bezwaar gemaakt tegen de nieuwe Reclamebelasting. Dat men bijvoorbeeld voor een klein naamplaatje al 500 euro moet betalen steekt ondernemers.
Lees hier de vragen die Fractie Tonnaer tijdens de raadsvergadering dinsdag aankaart:
Aan de Voorzitter van de Gemeenteraad,
Betreft : vragen artikel 42, vragenuur
Hoorn, 7 september 2009
Geachte voorzitter,
Met onze brief van 8 juni jl. bekritiseren wij de invoering van de reclamebelasting. Wij hebben kritiek op het gesloten convenant met het HOF/LOF (Hoornse Ondernemers Federatie/Lokaal Ondernemers Fonds). Het convenant heeft veel tekortkomingen en daarom vinden wij dat het moet worden opengebroken.
Verder zijn wij van mening dat de belastingaanslag te hoog is. Dit wordt mede veroorzaakt doordat de eerste heffing geldt voor oppervlaktes van niet minder dan 5 m2. Ook blijven wij pleiten voor vrijstelling van reclamebelasting voor instellingen/organisaties op het gebied van onderwijs, kunst en cultuur, welzijn, justitie, gezondheidszorg, et cetera.
Over de invoering van de reclamebelasting hebben wij een zestal schriftelijke vragen gesteld. Door middel van de collegebrief van 3 juli jl. ontvingen wij antwoord. De antwoorden vinden wij nietszeggend. Tijdens een van de komende raadsvergaderingen zullen wij opnieuw proberen het college en de raad ervan te overtuigen dat de reclamebelasting te hoog is en het gesloten convenant veel gebreken heeft. Ook zullen wij nogmaals pleiten voor optimale vrijstelling van belasting voor niet-commerciële organisaties.
Vraag 5 uit onze brief d.d. 8 juni was:
Welke organisaties/instellingen zonder commerciële doeleinden hebben van het college van B&W vrijstelling van reclamebelasting gekregen. Welke organisaties/instellingen moeten belasting betalen.
Na lang aandringen van onze kant hebben wij op maandag 27 juli inzage gekregen in de lijst met vrijgestelde en niet-vrijgestelde instellingen/organisaties voor de aanslag van reclamebelasting. Wij zijn verbijsterd over de verkregen informatie. De toezegging van wethouder J. de Boer (Groen Links) aan de gemeenteraad om ‘bestuurlijk correct’ vrijstelling te verlenen, is niet nagekomen.
Op grond van de verkregen lijst blijkt dat de meeste instellingen/organisaties reclamebelasting moeten betalen. Een zeer klein aantal organisaties krijgt vrijstelling.
Inmiddels hebben wij kennis genomen van de besluitenlijst van B&W van 25 augustus 2009. Hieruit blijkt dat het college van B&W beschikt over voortschrijdend inzicht. Enkele weken geleden was er nog sprake van willekeur bij het verlenen van vrijstelling aan niet-commenciele organisaties. Volgens de besluitenlijst van B&W wil het college nu de verordening reclamebelasting 2009 aanpassen. Deze aanpassing van de verordening verruimt de mogelijkheid om vrijstelling aan niet-commerciele organisaties/instellingen te geven. De verruiming vinden wij een verbetering maar gaat ons niet ver genoeg: onder andere scholen van voortgezet onderwijs, ziekenhuis en justitiële instellingen moeten reclamebelasting blijven betalen. Onze kritiek op de reclamebelasting blijft onverminderd groot.
Tijdens de raadsvergadering van 17 juni jl. heeft wethouder J. de Boer (Groen Links) de gemeenteraad toegezegd de reclamebelasting met de gemeenteraad te evalueren. Daarbij is aangedrongen om dit kort na het zomerreces te laten plaatsvinden. Wij gingen ervan uit dat het college zou beseffen dat hieraan raadsbreed behoefte is. Volgens de agenda van de raadsvergadering van 8 sepember a.s. zal er deze maand geen evaluatie van de reclamebelasting kunnen plaatsvinden omdat het college niets heeft voorbereid. De vraag dringt zich op wanneer de gemeenteraad die mogelijkheid wel krijgt. Wij willen dat dit op zo kort mogelijke termijn gebeurt –zoals ook is toegezegd.
Intussen heeft het college van B&W honderden bezwaarschriften ontvangen en is het college een petitie door het MKB aangeboden. Ook de raad voor de Nederlandse Detailhandel heeft op 7 augustus gereageerd in de richting van het gemeentebestuur.
De problemen met deze belastingmaatregel dienen op zo kort mogelijke termijn door de raad besproken te worden. De planning van het college om dit pas aan het eind van dit jaar te doen is onacceptabel.
In overeenstemming met art. 42 hebben wij voor het college van B&W de volgende vragen:
Wil het college van B&W, de gemeenteraad het voorstel doen om meer niet-commerciële organisaties/instellingen een vrijstelling van reclamebelasting te verlenen en zo ja wanneer. Krijgt de gemeenteraad van het college van B&W daarvoor een voorstel;
Het college van B&W wil in gesprekken met het HOF/LOF de reclamebelasting evalueren. Wij vinden dat dit gesprek ook met het MKB en de ondernemers zelf (bijvoorbeeld via een referendumachtig onderzoek, zoals in andere steden ook is gebeurd) moet plaatsvinden. Wil het college in een gesprek met het MKB en de ondernemers zelf de reclamebelasting evalueren;
Ondanks de toezegging van de wethouder voorafgaand aan het zomerreces, is in september geen evaluatie van de reclamebelasting voorbereid. Inmiddels is het nog maar de vraag of het college in oktober een eerste evaluatie (met aandacht voor de vele bezwaren die zijn ingediend) kan en wil aanleveren. Is het college van plan de toezegging aan de gemeenteraad na te komen;
Wat ons betreft geldt de evaluatie voor zowel de verordening, het convenant, de hoogte van de aanslag en de mate van vrijstelling voor organisaties. Wil het college deze onderdelen van de reclamebelasting eveneens evalueren.
Vriendelijke groet, namens de Fractie Tonnaer,
Roger Tonnaer