Sinds enkele maanden houdt onze burgervader een zogenaamde WEBLOG bij op de gemeentelijke site www.hoorn.nl. In zijn laatste bijdrage schrijft burgemeester Van Veldhuizen naar aanleiding van de bomaanslagen in Londen de volgende bijdrage:
(Plaats uw reactie op dit bericht door onderaan te klikken.)
”De beelden van Londen nog voor ogen, terwijl buiten de sirene klinkt. Veiligheid, ik hou me er iedere dag mee bezig en voel me vaak ook een rood (brandweer), wit (ambulance), blauwe (politie) burgemeester. Ik denk terug aan de laatste weken in onze stad. Een moord met daarna een stille tocht. Het veiligheidslijstje in de Elsevier. Onveiligheid door waterscooters waartegen we een unieke brandweer/politieboot (primeur in Nederland) inzetten. Het biketeam van de politie (nieuw in Hoorn) wordt gepresenteerd. Vragen uit de raad: kan de brandweer overal op tijd zijn en kan de ambulance de weg wel vinden? 15 van de 23 veelplegers in Hoorn zitten vast. Ik was een halve dag op bezoek bij de politie en ik ben echt onder de indruk van het werk dat daar wordt gedaan. Daar kunnen velen wat van leren. Het is geen wonder dat mensen daar graag willen werken (de politie staat op de derde plaats als meest geliefde werkgever). Onze politie heeft als enige nog een woninginbrakenteam en dat is in de cijfers terug te zien. We zien dat ook de inbreker professioneler wordt en steeds vaker Europees opereert. En passant leer ik nog dat marktplaats.nl regelmatig de virtuele heler is. Veel gestolen spullen zijn daar te vinden. Ook ging ik nog op bezoek bij de meldkamer waar u terechtkomt als u 112 belt. Ook dat ziet er goed uit. Zeker na alle veranderingen die daar de laatste jaren hebben plaatsgevonden en plaatsvinden. Een laatste bezoek bracht ik aan de gevangenis in Zwaag, de Glasbak in de volksmond. Zeventig procent van de gevangenen zit daar meer dan één keer in hun leven. Een veel te hoog getal. Straffen helpt dus maar met mate. Wat kunnen we samen (politie, gemeente, reclassering) doen om dat getal omlaag te krijgen? Verder blikken we terug en vooruit met de NS over de veiligheid rond stations en op het spoor. U hoort daar nog van. De laatste lijstjes geven aan dat het in Hoorn veiliger wordt en ook de leefbaarheid wordt positiever beoordeeld.
Terug naar Londen. Wat een kalme, vastberaden reacties. Het lijkt er ook op dat de hulpverlening heel goed heeft gefunctioneerd. Buitengewoon knap. Wanneer is het onze beurt?
Als ik luister naar oude verhalen over veiligheid valt er veel op. Gemoedelijke verhalen met scherpe randjes. Een brandweerploeg die wel gasmaskers had, maar drie jaar lang niet wist hoe die te gebruiken. De hele handel ging wel op het dak naar iedere brand mee. Een brandweerauto zonder wielen; die zaten onder de auto van de burgemeester. Een eenzame burgemeester die met een alarmpistool op een zondagmiddag vechtende mensen – er werd geschoten – terug de huizen in stuurt. De eigen politie was in een ander dorp bij het bloemencorso. De lokale dief die met de veldwachter toch nog even samen de kermis op gaat voordat hij de gevangenis in verdwijnt. Een ambulance die eigenlijk taxi is. Veel van de genoemde gevallen zouden nu nationale relletjes veroorzaken. Het komt ook niet meer voor. Het is allemaal veel beter georganiseerd en er gaat veel meer geld en menskracht in om. En er zijn juist door die eisen ook steeds minder vrijwilligers die daar nog aan kunnen voldoen. Niet iedereen heeft twee avonden in de week daarvoor beschikbaar. In de kop van Noord-Holland zijn er zo’n 1.000 agenten (80 in Hoorn) en 1.500 (120 in Hoorn) brandweerlieden. De eisen zijn harder. Is de brandweer er bijvoorbeeld niet op tijd, dan is de gemeente daar onder omstandigheden voor aansprakelijk.
Heel vroeger was je blij als ze kwamen, terwijl het toen onveiliger was (houten huizen, rieten daken, kaarsen en open vuur). Hoe zou het in de middeleeuwen zijn geweest met de subjectieve veiligheid binnen en buiten de stadsmuren? Men vroeg er niet naar. Onveiligheid en onzekerheid was, denk ik, veel meer onderdeel van het veel kortere leven. Een middeleeuwse Maurice de Hondt ken ik dan ook niet. Met die stadsmuren zitten we midden in de laatste voorstellen van de kant van de politie. Die stadsmuren moeten terug, maar dan virtueel en anders. Onze open samenleving kan zich onvoldoende weren tegen diegene die daar met de slechtste bedoelingen vrij in bewegen en dat brengt het leven, de vrijheid, de eigendom van anderen in gevaar. Binnen en buitenlandse veiligheid lopen steeds meer door elkaar. Een verschil is er eigenlijk niet meer. Een kijkje in de toekomst: Camera’s boven snelwegen en op stations. Poortjes die wapens detecteren net zoals op het vliegveld. Irisscan. Gezichtsherkenning. De nationale DNA-bank. Ook nog veel meer “particulier” georganiseerde veiligheid. De kernvraag is hoeveel vrijheid en privacy de goede burger wil offeren om zich tegen de slechte te beschermen. En vervolgens: hoe controleren we democratisch – dus openbaar en transparant - de staat en de particulieren die over al deze persoonlijke gegevens beschikken? Een staats geheime dienst heeft die behoefte naar openbaarheid van nature niet. Ze staan haaks op elkaar.
Mijn voorspelling is dat de vrijheid om ongemerkt en ongezien te leven steeds kleiner zal worden. De goeden (“ik heb niets te verbergen”) willen dat om zich tegen de slechten te beschermen en zich veilig te voelen. We worden straks allemaal een Virtueel Bekende Nederlander (VBN-er). We kunnen ons dus maar beter op de tweede vraag concentreren, voordat er van alles gebeurt zonder dat die controle geregeld is. Een tweede voorspelling is dat diefstal, oneigenlijk gebruik en manipulatie van al die opgeslagen gegevens wel gaat gebeuren. Helderziende hoef je niet te zijn. Kijk maar naar de creditcards. En die aanslag? Ik vrees dat we ons daar nationaal gewoon naar beste vermogen op moeten voorbereiden.”
Met vriendelijke groet,
Onno van Veldhuizen
8 juli 2005