Minister Plasterk van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap vergeet volledig de mobiele monumenten in zijn notitie ’Een Lust, geen last’ over de modernisering van de monumentenzorg (MoMo). De brancheorganisatie van varende, rijdende en vliegende monumenten, de stichting Mobiele Collectie Nederland, roept de minister per brief op om alsnog gevolg te geven aan de toezeggingen van zijn voorgangers. Het is belangrijk dat er niet alleen voor gebouwde, maar ook voor mobiele monumenten door de rijksoverheid beleid wordt ontwikkeld. Jaap Nieweg, voorzitter stichting MCN, en directeur MuseumStoomTram Hoorn-Medemblik, houdt in zijn brief aan de minister een vurig pleidooi voor de duizenden historische vervoermiddelen die als ’mobiele monumenten’ zijn aangemerkt.
Mobiele monumenten zijn alle historische vaartuigen, wegvoertuigen, railvoertuigen en vliegtuigen, die als zodanig in het Nationaal Register Mobiel Erfgoed zijn geregistreerd. Tot op heden heeft de Rijksoverheid geen regelingen getroffen om het behoud en de presentatie van deze historische vervoermiddelen zeker te stellen. In 1999 hebben vier koepelorganisaties en een aantal musea op het gebied van mobiel erfgoed in Nederland daarvoor de Stichting Mobiele Collectie Nederland (MCN) opgericht. Op verzoek, en ook met steun van het Ministerie van OCW heeft MCN het Nationaal Register Mobiel Erfgoed opgezet, een monumentenlijst voor historische vervoermiddelen.
In de brief aan de Minister schrijft het MCN-bestuur dat in het afgelopen decennium hard gewerkt is aan een structurele plaats voor het mobiel erfgoed in het Nederlandse cultuurbeleid. Achtereenvolgende
bewindslieden op het ministerie van OCW hebben aangegeven dat die plaats ook daadwerkelijk moet worden ingeruimd. Er is onderzocht in welke sector van de cultuur dit erfgoed z’n plek moet krijgen. In
dat proces werd helder dat de monumentenzorg de meest logische plaats is. MCN ziet het ontbreken van de mobiele monumenten als een onbegrijpelijke trendbreuk, nu Minister Plasterk in zijn notitie met geen woord over deze monumenten rept.
In de MoMo-werkgroep ’Kwaliteitszorg’ is vastgesteld, dat de mobiele monumenten een wettelijk kader ontberen, terwijl de werkgroep concludeert dat zo’n kader wél gewenst is. De steun van de overheid is
noodzakelijk om de toekomst van onze varende, rijdende en vliegende monumenten te kunnen garanderen. Zo moet bijvoorbeeld voorkomen worden dat door moderne wet- en regelgeving het (zeer beperkte) varen, rijden en vliegen met mobiele monumenten onmogelijk wordt gemaakt.
Minister Plasterk heeft niet aangegeven hoe hij voor deze bedreigde groep monumenten een plaats wil vinden in zijn beleid. MCN verzoekt de Minister dan ook om zijn nota hierop aan te passen.