Het opstappen uit de coalitie door de VOC Hoorn heeft de fractie van de VVD-Hoorn niet verbaasd. ”Voor de liberalen is vanaf het aantreden van deze coalitie in 2006 duidelijk geweest dat deze geen stand zou houden tot aan de verkiezingen in 2010” schrijft de VVD fractie in een verklaring op het opstappen van VOC Hoorn.
“Je hoeft geen groot geleerde te zijn om aan te voelen dat dit er aan zat te komen” aldus VVD-fractievoorzitter Harry van Lunteren, “van begin af aan is duidelijk geweest dat het niet echt klikte tussen de partners”.
Bij het aantreden van dit college heeft de VVD-Hoorn al haar verbazing over de samenstelling uitgesproken. Met name omdat in het coalitie akkoord buitengewoon weinig was terug te vinden uit het programma van Groen Links en ongeveer niets uit het programma van VOC Hoorn. Voor beide partijen leek het mee mogen doen belangrijker te zijn dan het eigen programma.
Ook de onderlinge binding tussen de college leden leek vanaf het begin niet overweldigend te zijn. “In een raadsvergadering kort voor de verkiezingen gaf Van der Maat nog een gele kaart aan Van Weel”, zo herinnert Van Lunteren zich, “en dan ga je daarna samen in een college zitten. Hoe geloofwaardig is dat? En vooral, hoe standvastig is dat?”.
Vervolgens bleek de VOC Hoorn 2½ jaar lang de zwakste schakel in coalitie en college te zijn. Dat dit nu, na de onverkwikkelijke raadsvergadering van vorige week, tot een breuk heeft geleid is dus niet zo vreemd.
Een treffend voorbeeld van wat de VVD-Hoorn bedoelt met “zwakste schakel” is natuurlijk de gang van zaken rond het Verkeersplan Binnenstad: een slecht en onvolledig plan dat met weinig enthousiasme door Wethouder van der Maat werd verdedigd. De hele raad, inclusief alle coalitiepartijen en dus ook de eigen VOC Hoorn, heeft er alles aangedaan om de meest wezenlijke elementen uit dat plan te halen. Vanwege de overweldigende meerderheid is de raad daar ook in geslaagd.
In de kortstondige periode dat VOC Hoorn coalitiepartner is geweest heeft deze partij vrijwel niets bereikt en zijn er meerdere conflicten geweest. “Niet alleen binnen het college rommelde het wel eens”, vervolgt Harry van Lunteren, “maar ook tussen de VOCH wethouder en de raad zijn er bij tijd en wijle forse aanvaringen geweest. Formateur Van Es zou er, in het belang van de stad, goed aan hebben gedaan in 2006 andere keuzes te hebben gemaakt”.