De Noord-Hollandse SP-fractie constateert dat er door risicovol bankieren forse financiële schade en imagoschade is opgetreden voor de provincie Noord-Holland. Met als gevolg dat vele tientallen miljoenen euro’s belastinggeld, geld dat door Noord-Hollandse burgers is opgebracht, waarschijnlijk is verdwenen.
In een persverklaring meldt de SP:
”Ton Hooijmaijers (VVD-gedeputeerde financiën) meldt dat investeringen worden uitgesteld of afgesteld op het gebied van welzijn, stedelijke vernieuwing en wegen, kortom investeringen waar de burgers van Noord-Holland belang bij hebben. Ook overweegt de minister van financiën in te grijpen in de bevoegdheden van provincies en gemeenten om reserves weg te zetten bij de bank van hun keuze. De minister heeft aangegeven het gedrag van de provincie Noord-Holland onbegrijpelijk te vinden. Risico aangaan met publieke middelen om een half procentje of één procentje meer rente te realiseren, levert het verwijt op van politiek laakbaar gedrag door de provincie.
Wij constateren dat de geruchten over Landsbanski al dateren vanaf 2 juni (zie NRC-Next). Daarna zijn er meerdere publicaties geweest over de al of niet betrouwbaarheid van de betreffende bank. Wij mogen ervan uitgaan dat Gedeputeerde Staten (GS) op de hoogte zijn van geruchten uit openbare bronnen.
De uitdrukking ’bij twijfel niet inhalen’ betekent in dit geval dat de provincie bij de bedoelde bank bij twijfel geen geld hoorde onder te brengen. Het ontbreken van officiële waarschuwingen van DNB of de minister zijn niet de enige leidraad voor handelen. Er is en blijft een eigen verantwoordelijkheid voor GS.
De SP vindt dat geld van de Noord-Hollandse burgers nooit risicovol mag worden beheerd. Wij zijn van mening dat in alle gevallen GS en de verantwoordelijk gedeputeerde verantwoordelijk blijven en dat alleen al daarom GS c.q. gedeputeerde Hooijmaijers consequenties moet verbinden aan het financieel debacle.
De SP is van mening dat er op basis van de nu beschikbare gegevens sprake is van politiek verwijtbaar gedrag. De fractie wil op zo kort mogelijke termijn de Staten bijeen roepen om GS verantwoordelijkheid af te laten leggen naar de burgers van Noord-Holland en PS een oordeel te laten geven over het gevoerde beleid van GS.”