Acht gemeentelijke gebouwen zullen nog voor 2009 over in totaal negen Automatische Externe Defibrillators (AED’s) beschikken. Met een defibrillator kan kort na een hartstilstand het hart weer op gang worden gebracht. Daardoor kunnen levens worden gered.
Er komen twee AED’s op het stadhuis: bij de algemene balie (overdag open) en in het vergadercentrum (vaak ’s avonds in gebruik). De overige gebouwen die de beschikking krijgen over een defibrillator, zijn het gebouw van Werk en Inkomen aan het Dampten, het Westfries Archief aan de Blauwe Berg, de brandweerkazerne aan de Nieuwe Wal, Cultureel Centrum De Huesmolen en de drie sporthallen: De Kers in de Kersenboogerd, De Opgang in Zwaag/Risdam-Noord en Sporthal Zwaag.
In genoemde gebouwen zullen mensen beschikbaar zijn die zijn opgeleid om de AED’s toe te passen. Als iemand een hartstilstand krijgt, is snelheid geboden. Ook omstanders kunnen dan de AED gebruiken. Veel mensen hebben een EHBO-diploma op zak of zijn als bedrijfshulpverlener opgeleid. Zij weten hoe ze met defibrillators moeten omgaan.
Reanimatie, waaronder defibrilleren, binnen zes minuten na de hartstilstand, vergroot de kans op overleven aanzienlijk. Een AED kan het hart door middel van elektroshocks weer op gang brengen. Hoe sneller hulp wordt geboden, des te groter de kans is op overleven zonder blijvende schade aan bijvoorbeeld de hersenen. Mocht er geen sprake zijn van een hartstilstand maar van een ander gezondheidsprobleem, dan kan het gebruik van een AED geen schade toebrengen. Er worden in dat geval namelijk geen elektroshocks afgegeven.