PvdA en VVD willen knap onderzoek voor Statenpoort

ingevoerd op 24-9-2007

In een brief aan B&W van Hoorn maken de PvdA- en VVD-fractie duidelijk niet tevreden te zijn over een onderzoek naar nieuwe bestemmingen voor het oude stadhuis, de Statenpoort. In 2005 hadden de partijen gevraagd om te kijken wat als meer passend gebruik voor het monument mogelijk was, maar het College kwam met de conclusie dat horeca in de Statenpoort niet haalbaar was.

De fractievoorzitters van PvdA en CDA zijn het met deze conclusie niet eens en geven in hun reactie ook aan dat hun voorstel veel verder ging dan alleen horeca. De Statenpoort zou in hun ogen een functie kunnen krijgen als plek waar “het verhaal van Hoorn” gestalte zou kunnen krijgen. Zij vragen B&W onder meer: ”Deelt u onze mening dat de Statenpoort als monument in Hoorn een beter en meer publiek gebruik dan dat als kantoorpand verdient?” Verder vragen ze of er een diepgaander onderzoek kan komen.

Lees hier de volledige brief:

Aan het College van B&W
 
Hoorn, 24 september 2007

Artikel 43 vragen m.b.t. de Statenpoort.
 
Geacht College,
 
Op 5 oktober 2005 stuurden de heren Wagemaker, destijds fractievoorzitter van de PvdA, en Van Lunteren, destijds raadslid van de VVD, het toenmalig college een brief over het gebruik van de Statenpoort.
 
De strekking van die brief was of het college bereid was om een ander gebruik van de Statenpoort – d.w.z. anders dan kantoorpand – te willen onderzoeken. Met name werd in de brief aangegeven dat de Statenpoort een functie zou kunnen krijgen als plek waar “het verhaal van Hoorn”, zoals bedoeld in de Toerismenota, gestalte zou kunnen krijgen.
 
Als mogelijke onderdelen daarvoor werden genoemd:
• Maquette Hoorn Anno 1650
• Permanente expositie van de Archeologische Dienst
• Ruimte voor wisselexpositie over onder handen zijnde of komende bouwplannen in Hoorn
• Alsmede een bescheiden receptiebalie als gezamenlijke activiteit van Bureau Communicatie en de VVV.

 
Daarbij werd gesteld dat de trouwzaal natuurlijk voor die functie, alsmede voor representatieve ontvangsten, in de huidige vorm behouden zou moeten blijven.
Ten slotte werd aangegeven dat een gedeeltelijke horeca invulling zou kunnen bijdrage aan de haalbaarheid van een dergelijke invulling.

 
Bij brief van 23 juli 2007 is ons door u een rapportage ter hand gesteld die uitmondt in de conclusie dat “verder haalbaarheidsonderzoek verloren moeite zou zijn”.
Die uitkomst stelt ons niet alleen teleur maar achten wij ook nogal kort door de bocht.

 
Met name omdat lezing van de rapportage een beeld oproept dat er nogal eenzijdig naar de horeca functie is gekeken, terwijl dat slechts als mogelijke ondersteuning – in de zin van kostendrager - werd bedoeld. In dat verband hechten wij eraan op te merken dat allerlei ondernemers uit de horeca en uit de wereld van organisatie- en evenementenbureaus altijd op zoek zijn naar bijzondere locaties waar gecaterde evenementen plaats kunnen vinden. Dat vergt dus geen ingrijpende verbouwingen.
 
Hoewel het rapport nauwelijks iets zegt over de door de briefschrijvers bedoelde meer publieke functies – slechts in de tweede helft van de conclusies komt iets wat er op lijkt ter sprake als “een andere optie” – verbindt u hier in uw begeleidende brief wel de harde conclusie aan dat “de fysieke indeling van het gebouw is niet gunstig voor de beoogde functies. Veel lokale liggen in elkaars verlengde en een aantal ruimten is alleen via een andere te bereiken”.
Zonder nu de discussie te willen voeren willen wij u erop wijzen dat wat als probleem wordt gezien ons inziens juist een voordeel is. Is het in elkaar overlopen van ruimtes immers niet een wezenlijk kenmerk van musea en bezoekerscentrum achtige voorzieningen?
 
Een en ander brengt ons tot de volgende vragen:
1. Deelt u onze mening dat de Statenpoort als monument in Hoorn een beter en meer publiek gebruik dan dat als kantoorpand verdient?
2. Bent u bereid om alsnog een haalbaarheidsonderzoek te starten dat meer dan nu is gebeurd het gebruik zoals door Wagemaker en Van Lunteren werd bedoeld onderzoekt?
3. Zo ja, zou het dan niet verstandig zijn om degene die het onderzoek uitvoert van tevoren eens met de initiatiefnemers spreekt om zo veilig te stellen dat het onderzoek zich inderdaad gaat uitspreken over hetgeen hen voor ogen staat?

 
In afwachting van uw reactie,
Met vriendelijke groeten,

 
Judith de Jong    Harry van Lunteren
Fractievoorzitter PvdA  Fractievoorzitter VVD