Politie Noord-Holland Noord verhoogt service aan melders
Jaarlijks 80.000 melders geïnformeerd over de afloop van een melding
De politie Noord-Holland Noord informeert sinds kort vrijwel alle melders over het verloop van hun melding. Het gaat in totaal om zo’n 80.000 meldingen (via 0900-8844 en 112) per jaar die bij de politie Noord-Holland Noord binnen komen. Met deze manier van werken is in 2005 een start gemaakt. Op dit moment kan de belofte worden waargemaakt en is het terugmelden geïntegreerd in de werkwijze van de politie Noord-Holland Noord. Met deze ‘Service aan Melders’ loopt het korps voorop in Nederland. Het is het eerste korps dat op deze manier werkt en inmiddels zijn er vele andere korpsen die dit initiatief zullen overnemen.
Meer informatie na doorvragen
Uit onderzoek en vele gesprekken met burgers in de regio Noord-Holland Noord blijkt dat zij veel waarde hechten aan informatie over wat er met een melding gebeurt. Het stimuleert burgers om veel vaker melding te doen van zaken. Zaken waar burgers veel over bellen met de politie zijn bijvoorbeeld verdachte situaties, geluidsoverlast, verkeersonveiligheid, verdenking van drugs (kweken of handel) en overlast door hangjongeren.
Ook voor de politie zelf levert het terugbellen veel op.Tijdens de terugkoppeling gaat de politiemedewerker dieper op de melding in en komt extra informatie naar boven. Dit wordt gebruikt voor huidig of nieuw onderzoek en komt het politiewerk ten goede.
Het informeren van melders over wat er met hun melding is gedaan, gebeurde al wel. Maar dit was tot voor kort teveel afhankelijk van het type melding en de hectiek van de dag. Nu is de ‘Service aan Melders’ onderdeel van de bedrijfsvoering en wordt getracht alle melders binnen een week terug te bellen of per brief te informeren over wat er met de melding is gebeurd. In enkele gevallen lukt dit niet omdat de melder bijvoorbeeld anoniem wil blijven, omdat niet alle gegevens bekend zijn of omdat melders niet teruggebeld willen worden.
Terugkoppeling
Service aan Melders betekent dat er nog meer contact is met burgers, nog meer verbinding. De agent die ter plaatse is geweest neemt bij voorkeur zelf persoonlijk contact op met de melder. Wanneer dit niet mogelijk is, bijvoorbeeld omdat er elders een ernstig ongeval is gebeurd, dan zal op een later tijdstip een collega de melder informeren over wat er met de melding is gedaan. Dan is er bovendien meer gelegenheid om de melder rustig te woord te staan. Ook wordt de burger teruggebeld als de politie niet ter plaatse is geweest of als een zaak meer tijd vergt. Dan wordt verteld waarom de politie niet is gekomen of waarom er meer tijd nodig is om de zaak op te pakken. Vaak krijgt de politie op basis van de nieuwe informatie nieuwe inzichten. De informatie wordt ook vaak doorgespeeld aan wijkcoördinatoren wanneer de oplossing niet snel te realiseren is. Hij of zij kan dan extra aandacht geven aan het probleem. De ervaring leert dat melders er begrip voor hebben dat de politie niet naar iedere melding kan gaan. Belangrijk is dat burgers weten dat hun informatie goed terecht komt. En soms is de oplossing er niet direct, maar vergt de aanpak meer tijd. Ook dat wil een melder weten. En dit zal de melder motiveren te blijven melden.
Innovatieweek
‘Service aan Melders’ is gevraagd deel te nemen aan de Nationale Innovatieweek 2006. Dit is een initiatief van het ministerie van Binnenlandse Zaken en deze Innovatieweek staat in het teken van vernieuwing en kwaliteitsverbetering in de publieke sector. Vanochtend, maandag 3 april, reed een bus, De Innovatie Expres, van Den Helder naar Heerhugowaard en werd voor diverse overheidsvertegenwoordigers een presentatie gegeven over Service aan Melders.