SOW houdt op te bestaan

ingevoerd op 25-11-2004


Op 1 januari 2005 houdt het Samenwerkingsorgaan Westfriesland (SOW) formeel op te bestaan. De gemeenteraden van de deelnemende gemeenten krijgen deze en volgende maand ter uitwerking van dat besluit voorstellen voorgelegd om het samenwerkingsorgaan te ontmantelen. De opheffing heeft nauwelijks gevolgen voor de dienstverlening aan het publiek, omdat de resterende taken op zelfstandige voet verder gaan of worden overgenomen door centrumgemeenten als Hoorn en Stede Broec.

Het Samenwerkingsorgaan Westfriesland (SOW) is 36 jaar geleden (1968) in het leven geroepen om taken te behartigen die de gemeenten in oostelijk West-Friesland niet elk afzonderlijk op effectieve en efficiënte wijze konden of wilden uitvoeren. Denk aan de afvalverwijdering, aanleg en beheer van regionale recreatiegebieden, het regionaal coördineren van hulpdiensten als ambulance en brandweer en het runnen van een Sociaal-Wetenschappelijk Bureau (SWB). Om zulke zaken in regionaal verband aan te pakken, gingen de gemeenten gemeenschappelijke regelingen aan. Het SOW diende daarbij als overkoepelende organisatie van waaruit de gemeenschappelijke activiteiten werden gecoördineerd.

Uitgehold
Veranderende inzichten, schaalvergroting en privatisering hebben er met name de afgelopen jaren toe geleid dat enkele grote onderdelen van het SOW gefuseerd zijn op hoger niveau dan West-Friesland of zelfstandig zijn geworden. Zo is de Regionale Brandweer Westfriesland gefuseerd met de regionale brandweren uit de regio Noord-Kennemerland en het Gewest Kop van Noord-Holland. Ook de Ambulancedienst heeft schaalvergroting ondergaan. Het Centraal Afvalverwijderingsbedrijf Westfriesland (CAW) is geprivatiseerd. Het SOW als overkoepelend orgaan verloor daarmee personeel dat het werk volgde maar ook bestuurs- en ondersteuningstaken. Hierdoor is het SOW dusdanig uitgehold dat het voor de resterende taken te duur begon te worden. Daarom hebben de deelnemende gemeenten besloten dat het SOW opgeheven moet worden en dat er voor de resterende taken nieuwe bestuursvormen gekozen dienden te worden. Bovendien bestond er bij de gemeentebesturen ook grote behoefte aan een meer directe aansturing van de verschillende samenwerkingsverbanden.
Op grond van deze ontwikkelingen krijgen de gemeentebesturen het voorstel voorgelegd om de gemeenschappelijke regeling SOW en een aantal andere daaronder vallende gemeenschappelijke regelingen op te heffen met ingang van 1 januari 2005, de regeling GGD en de regeling Recreatieschap te wijzigen en een nieuwe regeling aan te gaan voor het bestuurlijk overleg.

GGD
De Gewestelijke Gezondheidsdienst (GGD) gaat per 1 januari 2005 zelfstandig door met een eigen bestuur. De bestaande gemeenschappelijke regeling wordt hiertoe gewijzigd. De GGD heeft 62 medewerkers in dienst en neemt nog een zestal medewerkers van het SOW over. Voor de GGD wordt een programma van eisen voor haar huisvesting opgesteld. De directie gaat de markt verkennen voor huisvesting in de vorm van huur of koop.

Recreatieschap
Het Recreatieschap gaat door op zelfstandige voet in de vorm van een lichte gemeenschappelijke regeling met een eigen bestuur. Het schap telt 14 medewerkers. Het personeel gaat over naar de gemeente Stede Broec, die de centrumgemeentefunctie vervult. Dit op voorwaarde dat de 12 andere gemeenten financieel blijven bijdragen aan het Recreatieschap. De deelnemers hebben het recht om lokale initiatieven met regionale betekenis voor te dragen voor medefinanciering.

SWB
Het SWB wordt op termijn zelfstandig en blijft voorlopig onder de gemeenschappelijke regeling SOW in liquidatie. Een businessplan moet ertoe leiden dat het SWB binnen 5 jaar een private structuur heeft zonder verplichte vaste bijdrage van de 13 gemeenten. In de overgangsfase zorgen de deelnemende gemeenten voor een toereikend gevulde opdrachtenportefeuille die versterking van de commerciële kracht van het bureau mogelijk maakt. Het SWB telt 11 medewerkers.

Marktplaatsen voor bestuurlijk overleg
De gemeente Hoorn gaat het bestuurlijk overleg tussen de gemeenten faciliteren en regisseren in een nieuwe vorm van een drietal ”marktplaatsen”, ontmoetingsplaatsen waar de regiobestuurders zaken kunnen doen. De gemeenten stellen hiervoor een nieuwe gemeenschappelijke regeling vast waarbij de gemeente Hoorn de centrumgemeentefunctie vervult en de Hoornse bestuursorganen functioneren als bestuur. Hoorn neemt een drietal medewerkers van SOW Bestuurszaken over.

Enkele uitvoerende taken
Hoorn neemt ook enkele uitvoerende taken over zoals de coördinatie volwasseneneducatie en gebundelde doeluitkering GDU en de regionale klachtencommissie woningtoewijzing. Over het leerlingenvervoer wordt door de gemeenten in SOW-verband eerst nog een besluit genomen over de vorm van voortzetting; de na dit besluit voor de lokale overheid resterende taken is Hoorn bereid over te nemen.

Liquidatieplan
Het SOW-bestuur stelt voor de gevolgen van de opheffing een liquidatieplan op. Op 1 januari 2005 is er geen SOW meer, nog slechts een gemeenschappelijke regeling SOW in liquidatie. Een aantal medewerkers van het SOW gaat zich bezighouden met de nazorg van het SOW in liquidatie: de juridische en financiële liquidatie van de oude gemeenschappelijke regelingen, de overgang van ondersteunende taken naar de GGD, het SWB en zijn toekomst, huisvestingsvraagstukken, contracten, organisatie en administratie leerlingenvervoer en dergelijke.

Personele gevolgen
Het liquidatieplan voorziet tevens in de gevolgen die de opheffing heeft voor het personeel van het SOW. Voor de medewerkers van Bestuurszaken, GGD, het Recreatieschap Westfriesland en het Sociaal-Wetenschappelijk Bureau (SWB) liggen er geen ingrijpende gevolgen in het verschiet omdat zij het werk volgen. Medewerkers die niet geplaatst kunnen worden blijven in de gemeenschappelijke regeling SOW in liquidatie om via het sociaal statuut een andere werkplek te kunnen vinden. De gemeenten hebben een inspanningsverplichting om bij vacatures SOW-personeel te beschouwen als interne kandidaten.